In Nederland is wat te verbeteren op het gebied van zorg. Maar als we ons land vergelijken met sommige andere landen op de wereld, is de conclusie ook dat we het hier wel erg goed geregeld hebben. Wij delen onze kennis en ervaring graag, om de zorg ook in andere landen beter te maken. Kosteloos. Dit doen we omdat we een maatschappelijk betrokken bedrijf zijn. Zo zijn we nu aan de slag in Armenië. En daar leren wij ook weer van. Hoe je met een warm hart zorg levert bijvoorbeeld.
Armenië is het land waar de zon driehonderd dagen per jaar schijnt, waar kinderen en hun grootouders op straat dansen om het stichtingsjaar van een stad te vieren en waar bij elke bijeenkomst van langer dan een uur of twee gegeten en gedronken wordt.
Armenië is ook een ex-Sovjetstaat die herstellende is van communistische structuren en corruptie. Het land is in constante staat van militaire paraatheid, vanwege het conflict met buurland Azerbeidzjan over de enclave Nagorno-Karabakh. Het heeft daardoor ook meer militaire hospitalen dan je zou verwachten van een land niet eens zo groot als Nederland en met zo’n 3,5 miljoen inwoners: 5.
Waar in Nederland het individu centraal staat, is dat in Armenië de groep.
In sommige steden zijn twee ziekenhuizen: een civiel ziekenhuis en een militair hospitaal. Ook burgers zijn welkom in de militaire hospitalen. En ze komen er graag, omdat de kwaliteit er over het algemeen hoger is en de zorg goedkoper. Wie met Nederlandse ogen kijkt, ziet heel bijzondere dingen. Röntgenapparatuur van meer dan dertig jaar oud, foto’s van oorlogshelden aan de muur. Maar ook zeer moderne ruimtes en op veel plekken buitengewoon warm en hartelijk personeel. De ziekenhuisdirecteur die onderweg appeltjes voor iedereen koopt en ze wast bij een buitenkraan, artsen en verpleegkundigen die zich ook in het weekeinde inzetten en vooral: oprechte interesse. In de patiënten, in elkaar en in ons. Waar in Nederland het individu centraal staat, is dat in Armenië de groep. Sámen is waar het om gaat.
De ministeries van volksgezondheid en defensie willen de efficiency en kwaliteit in de zorg verbeteren door militaire en civiele ziekenhuizen samen te voegen. Wij analyseerden waar precíés verbetering mogelijk is, en hoe die het best gerealiseerd kan worden. En daar gaven we advies over.
We hebben gekeken bij zes ziekenhuizen voor een eerste indruk. En daarbij viel, naast alle warmte en hartelijkheid, vooral op dat het er erg rustig uitzag. Met weinig patiënten en veel personeel, soms zelfs meer artsen en verpleegkundigen dan patiënten. Deze observatie deelden we met directeuren. Maar hun beleving was heel anders. Zij vertelden dat het best lastig werken was en ze wel degelijk een hoge werkdruk ervoeren.
Druk is een relatief begrip. Daarom hebben we cijfers verzameld over het aantal verpleegkundigen, artsen en patiënten per maand over de afgelopen twee jaar. Daaruit bleek dat er op veel plekken steeds minder patiënten waren. En dat in sommige ziekenhuizen het aantal personeelsleden gelijk bleef. Naast gegevens over ziekenhuizen, analyseerden we gegevens uit onder meer wetgeving. Hoeveel artsen moet je bijvoorbeeld hebben bij hoeveel bedden? We constateerden dat er in veel ziekenhuizen meer bedden zijn dan nodig, en dat de bedbezetting laag is: soms zo’n 50 procent.
We zagen dat artsen en verpleegkundigen wel degelijk bezig zijn, vooral met papieren. Voor ieder medicijn dat iemand voorgeschreven krijgt, moeten tien formulieren ingevuld worden en van stempels en handtekening voorzien.
Hoe kan het dat directeuren druk ervaren, terwijl de cijfers die druk niet laten zien? Met die vraag bezochten we de ziekenhuizen opnieuw, maar nu om het verhaal achter de cijfers te horen. We zagen dat artsen en verpleegkundigen wel degelijk bezig zijn, vooral met papieren. Voor ieder medicijn dat iemand voorgeschreven krijgt, moeten tien formulieren ingevuld worden en van stempels en handtekening voorzien. Ook is het personeel veel tijd kwijt aan patiënten die zonder afspraak komen binnenlopen.
Er bleek verbetering mogelijk op twee gebieden: de structuur in het dagelijkse werk en vermindering van de bureaucratie. Er waren in de ziekenhuizen hele afdelingen zonder agenda. Dan wordt het moeilijk het werk goed te plannen. Artsen gaven dat ook aan: ‘Ik heb wel eens een aantal dagen gekeken waar ik nu precies druk mee ben, en ik zie dat ik vrijwel nooit doe wat ik me voorgenomen heb.’
De ziekenhuizen zijn druk met veel, maar niet alleen met zorg. Dat heeft gevolgen voor de kosten, maar ook voor de kwaliteit. Een arts die te weinig medische handelingen uitvoert, bouwt ook te weinig routine en ervaring op. Wij schreven een helder en onderbouwd advies over hoe de Armeense ziekenhuizen met de fusies twee vliegen in één klap kunnen slaan: een verbetering van de kwaliteit, tegen lagere kosten.
We hebben met veel toewijding gewerkt aan dit onderzoek. Andersom werd onze hulp enorm gewaardeerd, en werd er getoost op de mooie samenwerking. Komend jaar leiden we een lokaal team van jonge professionals op om het project uit te voeren onder onze begeleiding. Tegen kostprijs. Want ook dat is maatschappelijk betrokken ondernemen.